analyse - werken met twee tekenvensters
waarom twee schermen?
Natuurlijk kunnen ook goed gekozen toonvoorbeelden je leerlingen op weg zetten om concepten te begrijpen. Bij het bekijken van het verloop van een veeltermfunctie is het overzichtelijker wanneer de grafieken van een functie f en de bijhorende hellingsfunctie in apart vensters getoond worden.
Een dynamisch punt in twee tekenvensters
Stappenplan
In een toonbestand kan je in een tweede tekenvenster de grafiek van de hellingsfunctie tonen.
Tekenvenster 2 open je als volgt:
- Open het Menu door rechtsboven te klikken op de drie horizontale strepen.
- Selecteer het menu Beeld en vink tekenvenster 2 aan.
- Selecteer de knop Punt en klik op de grafiek van f in tekenvenster1.
- Alternatief: Typ het commando P = Punt(f) in het invoerveld.
- Let op: Wil je nu verder in tekenvenster 2 werken, klik dan eerst in tekenvenster 2 om het te activeren. Nieuwe objecten worden steeds getoond in het actieve venster. Achteraf kan je wel voor elk object in de tab Geavanceerd steeds bepalen in welk(e) venster(s) het wel of niet getoond wordt.
- Definieer in tekenvenster 2 een punt met het commando (x(P), f'(x(P))).