theorie 2.1

Bestudeer aandachtig de theorie blz 29. Doelen:
  • Je weet dat de richting van een lineair verband wordt bepaald door de richtingscoëfficiënt.
  • Je kan de betekenis van de coëfficiënten van het voorschrift bij een trendlijn verwoorden.
  • Je herkent de richting van een lineair verband.
  • Je weet dat de sterkte van een lineair verband wordt bepaald door de spreiding van de punten t.o.v. de trendlijn.
  • Je kan een onderscheid maken tussen zwakke en sterke lineaire verbanden.