Mini-onderzoek 3
Opdracht: Onderzoek een eigenschap van evenwijdigheid in de ruimte.
Beschouw de weergave van de kubus
Instructie:
1. Teken de rechte AC, het vlak FGH en een blauw punt O in het vlak FGH
Tekenvenster
Vragen
2. Welke onderlinge ligging hebben de rechte AC en het vl (FGH)?
Instructie:
3. Teken een rode rechte evenwijdig aan de rechte AC door het blauw punt O. Deze rechte noemen we s.
4. Wat valt je op aan de onderlinge ligging van de rechte s en het vlak (FGH)?
Wil je graag nog een extra voorbeeld bekijken?
Extra voorbeeld
5. Welke veralgemening vermoed je dat je hieruit zou kunnen halen?
Is deze conclusie correct voor andere gevallen? Geef een voorbeeld om je conclusie te staven.
Eigen voorbeeld
6. Welke stelling zou je hieruit durven formuleren? Gebruik de zinsbouw ‘Als …, dan …’, ‘Als… en …, dan’ of ‘Een X is …, als …’ Gebruik in de formulering: - De 2 rechten - Het punt - Het vlak - De onderlinge ligging van de respectievelijke rechten en het vlak - De onderlinge ligging van het punt en het vlak